Vragen
- Wat is bedplassen?
- Wat zijn de meest courante oorzaken van bedplassen?
- Aanpak bedplassen ’s nachts: DIAGNOSE?
- Aanpak bedplassen ’s nachts: DE JUISTE BEHANDELING?
- Hoe werkt een plaswekker?
- Voor wie is de plaswekker de geschikte behandeling?
- Plaswekker of medicatie?
1. Wat is bedplassen?
‘Bedplassen’, in de medisch wereld gekend als ‘enuresis nocturna’ wordt omschreven als volledige blaaslediging tijdens de nacht (onbewust en ongewild plassen tijdens de slaap) bij kinderen ouder dan 5 jaar. Een kind zal in principe vanzelf ’s nachts droog worden zodra het ook overdag reeds een aantal maanden droog is. Tot de leeftijd van 7 jaar is bedplassen niet ongewoon, het therapeutisch droogtrainen van een kind mag volgens de gangbare consensus starten vanaf ongeveer 6 jaar.
In de praktijk spreekt men van ‘enuresis nocturna’ zodra een kind van 5 jaar gedurende de laatste 3 maanden minsten tweemaal per nacht in bed heeft geplast of zodra een kind van 7 jaar of ouder ten minste eenmaal per maand in bed plast. Indien er geen andere aandoeningen of symptomen zijn (lage urineweg symptomen of blaasdysfuncties), dan spreekt men over monosymptomatische enuresis. Kinderen met deze vorm van bedplassen hebben enkel plasklachten tijdens de nacht.
Regelmatig gaat bedplassen gepaard met bijkomende symptomen, in dat geval spreekt men van niet-monosymptomatische enuresis. Kinderen met deze vorm van bedplassen hebben meestal ook overdag last van urinaire klachten. Frequent voorkomende symptomen zijn:
- Abnormale plasfrequentie (bvb. vele kleine plasjes)
- Broekplassen overdag
- Urgentie
- Uitstelgedrag
- Een zwakke urinestraal
- Onderbroken plas
- Een gevoel van onvolledige blaaslediging
- Nadruppelen
- Pijn bij het plassen
Men maakt verder een onderscheid tussen 2 vormen van ‘enuresis nocturna’:
1. Primaire enuresis nocturna
Het kind is er nog nooit in geslaagd minimaal 6 maanden droog te zijn
2. Secundaire enuresis nocturna
Het kind is voorheen reeds voor een periode van minstens 6 maanden droog geweest en plast opnieuw in bed. Aan de oorzaak hiervan liggen vaak stress, angst of droevigheid.
Ervaring leert dat jaarlijks gemiddeld 2% van de bedplassers spontaan droog wordt. Bij kinderen met een meer ernstige vorm van enuresis is die kans heel wat kleiner. Bij oudere kinderen met enuresis is de kans op een meer ernstige vorm een stuk hoger en is er ook veel vaker sprake van een niet-monosymptomatische enuresis met bijhorende symptomen overdag.
Het valt ook op dat er een verschil is volgens geslacht: jongens hebben tot twee keer meer last van bedplassen dan meisjes, terwijl bij deze laatste dan weer heel wat vaker dagsymptomen voorkomen. Ten slotte is er ook een erfelijke factor: indien één van de ouders last had van bedplassen is er gemiddeld 1 kans op 2 dat ook het kind hier last van heeft, hadden beide ouders er last van, dan stijgt die kans naar 3 op 4.
2. Wat zijn de meest courante oorzaken van bedplassen?
Het is vaak moeilijk te bepalen wat bedplassen precies veroorzaakt, maar verschillende factoren kunnen hierin een rol spelen. Van de kinderen die last hebben van bedplassen kent de grootste groep een volkomen normale ontwikkeling, maar is er toch een stoornis bij het vullen van de blaas, bij het legen van de blaas, of een combinatie van beide. Frequent voorkomende oorzaken zijn:
A. Problemen die hun oorsprong vinden bij het vullen van de blaas:
1. Blaascapaciteit
De ontwikkeling van de blaas verloopt niet bij alle kinderen even snel. Het zou dus kunnen dat de blaas van uw kind wat te klein is in functie van de leeftijd. In dat geval is de blaas niet sterk genoeg om de urine vast te houden, waardoor deze als het ware gaat ‘overlopen’
2. Overactieve Blaas
Wanneer de blaasspier reeds bij het vullen van de blaas samentrekt, leidt dit tot een verhoogde aandrang, frequent plassen en soms urineverlies
B. Problemen die hun oorsprong vinden bij het legen van de blaas:
1. Verstoring van de hormonen
Iedere mens maakt gedurende de nacht een hormoon aan, het “anti-diuretisch” hormoon: dit zorgt ervoor dat de productie van urine vermindert. Wanneer dit hormoon onvoldoende wordt aangemaakt, maakt men teveel urine aan met meer nachtelijk plassen tot gevolg
2. Disfunctioneel plassen
Vooral wanneer een kind zich onvoldoende ontspant tijdens het plassen, is er sprake van een onderbroken plas.
3. Onderactieve blaas
Extreem uitstelgedrag (vaak bij meisjes) leidt tot een bijzonder lage plasfrequentie, waardoor er een ‘onderactieve blaas’ wordt ontwikkeld. Dit leidt ertoe dat een kind moet ‘persen’ en dat het vaak niet leegplast. Dit geeft ook vaak aanleiding tot urineweginfecties.
3. Aanpak bedplassen ’s nachts: DIAGNOSE?
Voor een goede behandeling van het bedplassen is het uitermate belangrijk dat de diagnose juist wordt gesteld. Indien uw kind regelmatig in bed plast, is het altijd een goed idee eerst uw huisarts te raadplegen. Deze kan op basis van een eenvoudig onderzoek alvast bepaalde lichamelijke aandoeningen uitsluiten en advies geven omtrent een plan van aanpak.
Is er sprake van een monosymptomatische enuresis (uw kind heeft enkel last van bedplassen en vertoont geen afwijkende symptomen overdag)? Dan zal een goede plaswekkertraining vaak volstaan, op voorwaarde dat dit op de juiste wijze wordt toegepast.
Bij niet-monosymptomatische enuresis daarentegen zal men op basis van de eerder vernoemde symptomen de meeste geschikte therapie gaan voorstellen. Sommige kinderen zullen moeten worden doorverwezen naar een gespecialiseerd centrum omdat er bij hen belangrijke onderliggende factoren aanwezig kunnen zijn.
Om een goed beeld te krijgen van het bedplassen van uw kind is het nuttig u volgende vragen te stellen, deze informatie zal ook goed van pas komen indien u in een volgende fase te rade zou gaan bij een arts:
1) Leeftijd van het kind:
Als uw kind nog geen vijf jaar is, hoeft het bedplassen niet noodzakelijk een probleem te zijn, vanaf zeven jaar is het wellicht niet raadzaam te veronderstellen dat het wel vanzelf zal overgaan en kunt u beter professioneel advies inwinnen.
2) Patroon bedplassen:
Probeer het bedplassen in kaart te brengen:
- Was het kind voorheen minimaal 6 maanden droog (= secundaire enuresis)? Dan is de kans op een onderliggende oorzaak reëel en consulteert u best een arts.
- Hoeveel nachten per week gebeurt het? Indien het elke nacht voorkomt, is de kans dat het spontaan stopt een stuk kleiner dan wanneer het maar af en toe gebeurt.
- Hoeveel keer per nacht gebeurt het? Meerdere malen bedplassen zou bvb. een aanwijzing kunnen zijn voor een overactieve blaas (OAB).
- Op welke uren van de nacht gebeurt het? Men maakt meer urine aan bij het begin van de nacht.
- Tracht de hoeveelheden urine te meten welke uw kind ’s nachts plast (bvb via het ’s ochtends wegen van de pamper)? Een grote hoeveelheid plas kan erop wijzen dat uw kind onvoldoende antidiuretisch hormoon aanmaakt, kleine hoeveelheden kunnen wijzen op een overactieve blaas.
3) Dagelijkse drinkgewoontes:
- Op welke momenten van de dag drinkt uw kind? Het is aangeraden om een kind op regelmatige basis te laten drinken. Leg geen beperking op voor het slapengaan.
- Hoeveel drinkt uw kind en hoe regelmatig?
- Wat drinkt het: vooral naar de avond toe zijn frisdranken met veel suiker en melkproducten eerder af te raden, deze stimuleren de productie van urine (net als bepaalde soorten voeding of intensief sporten!)
4) Dagelijkse plasgewoontes:
- Vertoont uw kind ‘uitstelgedrag’?
- Vermijdt het eventueel de toiletten op school (om hygiënische redenen)?
- Moet uw kind vaak heel ‘dringend’ plassen?
- Is uw kind droog overdag?
Al deze zaken kunnen een indicatie vormen op een onderliggende oorzaak.
4. Aanpak bedplassen ’s nachts: DE JUISTE BEHANDELING?
a) Algemene richtlijnen
Bijna 1 bedplasser op 6 wordt spontaan droog. Met volgende eenvoudige initiatieven kan je een positieve bijdrage leveren om dit proces te bevorderen:
- Leg uit dat bedplassen een vaak voorkomend fenomeen is waarvoor geen enkel kind zich hoeft te schamen en waaraan niemand ‘schuld’ heeft. Door er op een begripvolle en meelevende wijze mee om te gaan zal je het zelfvertrouwen van je kind vergroten.
- Informeer je kind over hoe de blaas werkt. Je kan hiervoor gebruik maken van het Charco ‘Spookboekje’, waarin op een heel kindvriendelijke wijze en aan de hand van leuke tekeningen de werking wordt uitgelegd. Een goed begrip leidt tot een groter zelfvertrouwen, wat op zijn beurt leidt tot meer therapietrouw en dus een beter resultaat.
- Neem enkele voorzorgen:
- Laat je kind plassen kort voor het slapengaan
- Laat het op geregelde tijdstippen drinken overdag (overweeg een ‘plashorloge’!)
- Laat het op geregelde tijdstippen plassen overdag - Leer het kind een ‘ontspannen’ houding aannemen tijdens het plassen
- Zorg dat het de tijd neemt om te plassen
- Leer het om zich niet op te houden
- Vermijd ‘s avonds melkproducten en frisdranken
b) De plaswekker
Het gebruik van een plaswekker vormt één van de meest efficiënte methodes voor de niet-medicamenteuze behandeling van bedplassen type 4 (mono-symptomatische enuresis), dit wil zeggen kinderen die 1 x per nacht bedplassen en dit na middernacht. Het slagingspercentage bij deze groep kinderen draait om en bij de 85%. Ook bij de types 1 tot 3 kan een plaswekker nuttig zijn, mits dit deel uitmaakt van een aangepaste en begeleide therapie. De wekker werkt volgens een heel eenvoudig principe, maar opgelet: veel hangt af van hoe je dit toepast, een foutief gebruik van de plaswekker is een traumatische ervaring voor een kind!
5. Hoe werkt een plaswekker?
Het systeem bestaat uit 3 delen:
- De wekker
- Het sensorbroekje
- De zender
Praktisch bekeken is het gebruik van de plaswekker heel eenvoudig. De wekker wordt geplaatst op enige afstand van het kind z’n bedje. In plaats van een pamper draagt het kind het sensorbroekje. De zender wordt hierop vastgeklikt. Bij de minste druppel urine stuurt de zender een signaal naar de wekker en gaat deze hard loeien. Het kind staat op, drukt de wekker af, gaat naar het toilet en gaat vervolgens met een vers broekje opnieuw slapen.
LET OP: de plaswekker is slechts het ‘hulpmiddel’ bij het zindelijk maken van uw kind. Het uiteindelijk succes va deze behandeling zal in grote mate afhangen van de manier waarop de wekker wordt ingezet: een juiste opstart, een goede therapietrouw, voldoende motivatie bij ouders en kind en een goede opvolging / begeleiding zullen uiteindelijk het verschil maken tussen een eventueel geslaagde poging of een doordachte training met hoog slagingspercentage. Het gebruik van de plaswekker vraagt van zowel de ouders als het kind behoorlijk wat tijd, toewijding en opoffering. De eerste weken zijn steeds de zwaarste., naarmate de behandeling aanslaat en het aantal droge nachten toeneemt, zal ook de druk afnemen, tot het kind na enige tijd volledig zonder kan.
6. Voor wie is de plaswekker de geschikte behandeling?
Voor kinderen met een ‘monosymptomatische enuresis’ (overdag droog, geen andere indicaties) is de plaswekker meestal een zeer efficiënte behandeling. Afhankelijk van het aantal natte nachten per week, de gemeten blaascapaciteit en de gemeten nachtelijke urineproductie, kan een verschillende aanpak raadzaam zijn.
Voor kinderen met een niet-monosymptomatische enuresis’ (ook last van broekplassen overdag of aanwezigheid van andere urinaire klachten) dient de opstart van een plaswekker steeds te gebeuren in overleg met de arts. Deze laatste zal eerst de blaasproblemen aanpakken en pas daarna het bedplassen. Soms wordt eerst een ander type behandeling voorgesteld (bvb. TENS-behandeling in geval een te kleine blaascapaciteit) of wordt een combinatie met medicatie voorgesteld.
Ook bij adolescenten en volwassenen kan de plaswekker een efficiënte behandeling vormen. Vaak hebben zij in het verleden geen of beperkte actie ondernomen tegen het bedplassen. Bij deze groep bedplassers is het belangrijk de voorgeschiedenis te kennen en eventuele onderzoeken te herhalen. Voor het overige gelden dezelfde principes, weliswaar is bij deze groep meestal een meer intensieve training vereist.
7. Plaswekker versus medicatie?
Een plaswekker is gebaseerd op ‘cognitieve conditionering’: dit wil zeggen dat aan het kind “blaascontrole” wordt aangeleerd. Het is niet de bedoeling een kind te leren ‘wakker worden’ om te plassen, maar wel om het te leren doorslapen! In het normale droogwordingsproces wordt een kind continent zonder opstaan en slaapt het de hele nacht door. Eenmaal het 3 maanden elke nacht droog is, zal het die ene nacht dat het teveel urine maakt, vanzelf wel opstaan!
De belangrijkste voordelen van deze behandeling zijn:
- Er zijn geen bijwerkingen
- Het is een vrij goedkope behandeling
- Er is algemeen gemeten een hoge positieve respons
- Er is meestal resultaat binnen de 6 tot 8 weken
- Er is heel weinig terugval
De belangrijkste nadelen zijn:
- Dit kan vrij belastend zijn, zowel voor het kind als voor de ouders
- Niet voor iedereen geschikt, zeker bij aanwezigheid van broekplassen overdag
- Vraagt een goede therapietrouw
Medicatie kan in bepaalde gevallen een goed hulpmiddel zijn en soms noodzakelijk, bvb. wanneer een kind ’s nachts te weinig antidiuretisch hormoon aanmaakt. Voordelen van medicatie zijn ondermeer:
- Snelle werking
- Doeltreffend, diverse types medicaties in functie van diverse stoornissen
Als belangrijkste nadelen gelden:
- Kostprijs: het gebruik van medicatie kan duur uitvallen
- Bijwerkingen: sommige vormen van medicatie hebben ingrijpende neveneffecten
- Grote kans op herval bij stopzetten medicatie, vaak geen ‘genezend’ effect
SAMENGEVAT
Broekplassen en bedplassen vormen een sociaal onaangenaam, maar meestal niet onoverkoombaar probleem. Een goede behandeling start meestal met een goede diagnose. Als ouder kan je om te beginnen zelf al heel wat maatregelen nemen. De normale volgorde is: eerst zindelijkheidstraining overdag, daarna volgen de droge nachten. Afhankelijk van de aanwezige symptomen bestaan er handige hulpmiddelen en behandelingen:
- Een plashorloge kan het kind helpen een gezond ritme van drinken en plassen aan te leren
- Een dagwekker alarmeert het kind bij urineverlies
- Een TENS-behandeling kan helpen bij bepaalde blaasstoornissen, zoals de overactieve blaas
- Een nachtwekker is heel efficiënt tegen bedplassen
Ongeacht de methode of het hulpmiddel, een positieve benadering is essentieel!